Terug Weet u welke producten in uw bedrijf explosief zijn?

Weet u welke producten in uw bedrijf explosief zijn?

- Veilig aan de slag

Het explosieveiligheidsdocument als basis voor een risicoanalyse naar explosieveiligheid

Als er in een bedrijf ruimten zijn waar explosiegevaar is, moeten de risico's opgespoord en geanalyseerd worden. De analyse zal uitwijzen of er maatregelen moeten getroffen worden. Alle bevindingen en maatregelen moeten terug te vinden zijn in het explosieveiligheidsdocument (EVD).

In de welzijnswetgeving zijn risicoanalyses een cruciale preventiemaatregel om heel wat risico’s te omschrijven en voorkomingsmaatregelen te treffen.

In de welzijnswetgeving zijn risicoanalyses een cruciale preventiemaatregel om heel wat risico’s te omschrijven en voorkomingsmaatregelen te treffen. Zo zijn er onder meer gespecialiseerde risicoanalyses voor brand, psychosociale aspecten, trillingen en elektriciteit. “Als externe dienst probeert Groep IDEWE zo veel mogelijk risico’s in een algemene risicoanalyse te behandelen”, aldus Raf Imans. “Als we naar aanleiding daarvan merken dat bepaalde risico’s sterk aanwezig zijn,  onvoldoende beheerd of beter gedocumenteerd moeten worden, gaan we over tot een gespecialiseerde analyse, zoals een risicoanalyse naar explosieveiligheid.”

“Explosiegevaarlijke plaatsen of installaties kunnen bijvoorbeeld: silo’s, batterijlaadlokalen of installaties zijn waar zich fijn stof (bv. houtstof, bloem…) kan ophopen of waar er ontvlambare gassen of dampen zijn. Voor specifieke proceschemie (exotherme reacties), aardgas voor verwarming, springstoffen en dergelijke bestaat andere wetgeving.

Het explosieveiligheidsdocument

Een risicoanalyse naar explosieveiligheid gebeurt aan de hand van een explosieveiligheidsdocument. De inhoud daarvan ligt grotendeels wettelijk vast en bestaat uit 5 grote delen.

1. Locatie

Het document bevat een nauwkeurige omschrijving van de arbeidsplaats en de ruimtes waar een explosierisico bestaat.

2. Producten

kunnen we het risico elimineren?

Een lijst met aanwezige stoffen en producten die mogelijk een explosie in open lucht kunnen veroorzaken. De informatie over de stoffen is terug te vinden in de productfiches. 

Voor gassen zijn dit ontvlambare gassen zoals acetyleen, propaan, butaan of waterstofgas bij het laden van batterijen. Voor dampen, zijn dit voor het merendeel vloeistoffen die, bij normaal gebruik, een vlampunt lager dan 60°C hebben.

Vloeistoffen die bijvoorbeeld in vernevelde of opgewarmde vorm gebruikt worden, kunnen een hoger vlampunt hebben waarbij ze toch nog kunnen exploderen. Dit risico moet verder  uitgeklaard worden.

Voor stoffen is het explosiegevaar moeilijker te bepalen. Sowieso kunnen organische stoffen (houtstof, zagemeel, bloem, melkpoeder, …) in stofwolkvorm een risico op stofexplosie vormen. Anorganische stoffen, zoals kwartstof en cement zijn meestal niet explosief in stofwolkvorm.

“Op de aanwezigheid van explosiegevoelige producten passen we altijd de eerste regel inzake preventiehiërarchie toe: kunnen we het risico elimineren? Dit kan bijvoorbeeld door de processen aan te passen of door andere stoffen te gebruiken die niet explosief zijn.”

3. Zonering

Factoren zoals gewicht, volume, explosiegrens en minimale ontstekings-energie spelen een rol bij de bepaling van de hoeveelheid en de frequentie die vrij kan komen van de aanwezige risicostoffen. Om hiermee verder aan de slag te kunnen, delen we locaties met dergelijke producten in zones in.

  • Zone 0,1,2 voor gassen en/of dampen, zone 20, 21, 22 voor stof(wolken).
  • In zone 0 of 20 is een regelmatige aanwezigheid (> 10%) van een gevaarlijk gas/damp mengsel of stofwolk aanwezig.
  • In een zone 1 of 21 is deze aanwezigheid in mindere mate. Bij een zone 2 of 22 is dit sporadisch of bij uitzondering (< 0,1%).

4. Risicoanalyse

Zodra de explosiegevoelige stoffen en de mate waarin ze kunnen voorkomen in de atmosfeer bekend zijn, gaan we na of er ook ontstekingsbronnen aanwezig zijn. Een ontstekingsbron kan de stof immers tot ontbranding brengen.

Voor elk van de 14 mogelijke ontstekingsbronnen wordt een risico-inschatting gemaakt. Daarbij wordt rekening gehouden met de normale situatie, een abnormale situatie alsook voor momenten waarop een onderhoud of herstelling wordt uitgevoerd of processen en machines in  of uit worden geschakeld.

5. Maatregelen

Na de risicoanalyse voor de verschillende mogelijke ontstekingsbronnen, stellen we maatregelen voor om de hoge risico’s in te perken. Dit kan bijvoorbeeld bestaan uit de verwijdering of aanpassing van ontstekingsbronnen zodat ze geen vonken kunnen genereren. Ook andere technische of organisatorische ingrepen kunnen helpen om het risico verder te verlagen. Nadien is een herevaluatie van het risico een manier om te bepalen of het risico voldoende laag is.

Stel uw vragen over explosieveiligheid aan onze experten.

Blijf altijd op de hoogte: schrijf je in op de IDEWE-nieuwsbrief

 

Met duiding van autonome experts, én in heldere taal!

Blijf mee met alle ontwikkelingen in welzijn & preventie

Ontvang als eerste updates rond wetswijzigingen